De tuimelaardolfijn
In het Dolfinarium leeft de tuimelaardolfijn (Tursiops truncatus), een van de 37 soorten dolfijnen wereldwijd. Wist je dat alle dolfijnen walvisachtigen zijn? En net als alle walvisachtigen zijn het helemaal geen vissen, maar zoogdieren. Dat betekent dat ze net als jij en ik ademhalen met hun longen en dat de jongen niet uit een ei komen maar levend geboren worden.
Leefgebied
In het wild komen tuimelaardolfijnen in alle zeeën voor, behalve de koudere poolzeeën. Ze leven zowel in ondiepe kustgebieden als ver weg van de kust, in de open oceaan. Ze weten zich aan te passen aan veel verschillende leefgebieden.
Voedsel
Het dieet van tuimelaardolfijnen bestaat uit de meest uiteenlopende soorten vis, inktvis en schaaldieren. Ze jagen met behulp van echolocatie: door de teruggekaatste geluidsgolven van hun eigen geluiden op te vangen, kunnen dolfijnen zelfs in het donker hun prooi vinden. Verschillende groepen dolfijnen over de hele wereld hebben aparte jachttechnieken ontwikkeld, die van generatie op generatie worden doorgegeven. Zelf moeten dolfijnen uitkijken voor roofdieren als orka’s en grote haaiensoorten.
Leefwijze
Tuimelaardolfijnen leven in dynamische groepen van zo’n vijf tot twintig dieren, ook wel een ‘pod’ genoemd. De dieren leven in deze pods voor het jagen, voortplanten en om zich beter te kunnen verdedigen tegen roofdieren. Eens in de zoveel tijd komen meerdere groepen dolfijnen samen en vormen ze een superpod van wel duizenden dolfijnen! Vervolgens splitsen de groepen zich weer op in nieuwe samenstellingen. Deze sociale structuur wordt ook wel ‘fission-fusion’ genoemd.
Binnen een groep tuimelaardolfijnen vormt zich een dominantie-hiërarchie. Dat betekent dat de ene dolfijn de leiding heeft over de andere dolfijn. Door elkaar op te jagen, te bijten en te slaan met hun staartvin strijden ze om hun plek in de hiërarchie. Maar écht gewond raken ze hier niet van.
Meestal zijn de grotere mannetjes dominant, maar ook kleinere dieren kunnen boven aan de hiërarchie komen te staan. Net zoals de groepssamenstelling, veranderen ook de hiërarchieën continu.
Voortplanting
Dolfijnen paren gedurende het hele jaar, maar vooral tijdens de warmere zomermaanden. Na een draagtijd van 12 maanden wordt er één jong geboren. Zo’n jong noemen we een kalf. Net als bij koeien!
Tijdens de geboorte komt meestal de staart eerst naar buiten, zodat het kalf niet verdrinkt. Klinkt gek, hè: een dier dat zo goed kan zwemmen, maar toch kan verdrinken? Maar omdat een dolfijn een zoogdier is en ademt via longen – niet via kieuwen – kan dat wel. Na de geboorte duwt de moeder het kalf daarom direct naar de oppervlakte om adem te halen. Het kalf drinkt zo’n twee jaar melk bij de moeder, maar kan na een paar maanden al interesse in vis krijgen.
Kenmerken
Tuimelaardolfijnen hebben een gestroomlijnd lichaam waardoor ze makkelijk door het water glijden. Ze hebben drie soorten vinnen: een sterke staartvin om snelheid mee te maken, borstvinnen om te sturen en de rugvin voor stabiliteit in het water, net als een kiel van een boot. Hun dikke blubberlaag houdt ze warm in het water.
Dolfijnen ademen via het blaasgat boven op hun hoofd, dat in directe verbinding staat met de longen. Wist je dat zo’n blaasgat eigenlijk hun neusgat is? Ze kunnen dit afsluiten met een klepje als ze onderwater gaan. Maar ruiken kunnen ze er niet mee.
Tuimelaars hebben tachtig tot honderd puntige tandjes, die ze gebruiken om de glibberige vis te pakken. Ze kauwen echter niet op de vis, maar slikken ‘m in één keer door!